De kolenbranderschildpad (Chelonoidis carbonarius)

 

Chelonoidis carbonarius, beter bekend als de roodvoet- of kolenbranderschildpad, is een soort landschildpad die oorspronkelijk voorkomt in de regenwouden en savannes van Zuid-Amerika, met name in landen zoals Brazilië, Venezuela, en Paraguay. Deze schildpad wordt vaak gekenmerkt door zijn kleurrijke verschijning. De schubben op zijn poten hebben vaak rood, oranje of geelachtige kleuren, wat de soort zijn naam "roodvoet" geeft. De schildpad heeft een relatief langwerpig en bolvormig schild dat meestal een donkere kleur heeft, vaak met lichtere gele of oranje vlekken op de schilden.

De gemiddelde lengte van volwassen roodvoet schildpadden ligt tussen de 30 en 40 cm, hoewel ze soms groter kunnen worden. Ze kunnen in het wild een leeftijd van 30 tot 50 jaar bereiken, en in gevangenschap kunnen ze nog langer leven als ze goed verzorgd worden.

Het verschil tussen  volwassen mannetjes en vrouwtjes  is vrij duidelijk, het mannetje heeft een deuk in het buikschild en heeft een veel langere staart dan het vrouwtje.  

https://nl.wikipedia.org/wiki/Kolenbranderschildpad
 

Verzorging van Chelonoidis carbonarius:

Huisvesting:
  • Ruimte: Deze schildpadden hebben veel ruimte nodig om te bewegen. Een ruime terrarium of kas met veel loop ruimte. Het zijn echte (nieuwsgierige) lopers.
  • Bodem: Gebruik een vochtige bodem zoals (denne) schors  of aarde. Zand, als ze dit binnen krijgen,  kan leiden tot verstoppingen.
  • Temperatuur: De dagtemperatuur moet tussen de 20-30°C liggen met een zonneplek of lamp die kan oplopen tot 35°C. ’s Nachts mag de temperatuur dalen tot ongeveer 18°C. Nachthokken met verwarmde bodems helpt de energie kosten te drukken. Ze kruipen graag weg 'snachts.
  • Vochtigheid: Dit soort gedijt goed in een omgeving met een hoge luchtvochtigheid (70-80%, tropisch bos!). Dit kan bereikt worden door regelmatig te sproeien en een waterbak in het verblijf te plaatsen waarin de schildpad kan baden, zelfs zwemmen! . Dit is goed voor hun schild, bij een hoge luchtvochtig is er veel minder kans op bultvorming van de schild.
Voeding:
  • Chelonoidis carbonarius is omnivoor. Hun dieet bestaat uit een variëteit aan groenten, fruit, en eiwitbronnen.
  • Groen: Voer ze een verscheidenheid aan donkere, bladgroenten zoals andijvie (heeft een groot eiwit gehalte), witlof of onkruid, zoals paardebloembladeren, weegbree enz.
  • Fruit: Fruit kan af en toe worden aangeboden, zoals banaan (zijn ze gek op) enz maar niet te vaak vanwege het hoge suikergehalte.
  • Eiwitten: Ze eten ook dierlijke eiwitten zoals wormen, slakken, kattebrokken of zelfs kleine hoeveelheden vlees, maar dit moet met mate worden gegeven. Vrouwtjes hebben meer behoefte aan eiwit wanneer ze eieren hebben.
  • Supplementen: Het is belangrijk om hun voeding aan te vullen met calcium en vitamine D3, vooral als de schildpad weinig direct zonlicht krijgt. 
 Gezondheid en hygiëne:
  • Schoon water: Zorg altijd voor schoon drinkwater. Een ondiepe waterbak waarin de schildpad kan baden helpt ook bij de hydratatie en kan de schildpad helpen om zijn huid en schild schoon te houden.
  • Schoonmaak: Het verblijf moet regelmatig worden schoongemaakt om parasieten en ziekten te voorkomen.
  • Schilduitval: Zoals andere schildpadden, kan Chelonoidis carbonarius periodiek stukjes van zijn schild verliezen. Dit is normaal, maar het is belangrijk om een gezond dieet en omgeving te behouden om problemen te voorkomen.
Voortplanting:
  • Het vrouwtje kan  4 a 5 eieren leggen ter grootte van een ping pong bal, bevrucht of onbevrucht.   Deze worden  op een zorgvuldig uitgekozen plek begraven in  warme grond op een diepte van ongeveer 10 cm.   Leg grond mag dus niet ontbreken in de behuizing.
  • Het uitbroeden vergt geduld, in een incubator  rond de 30 graden. Het duurt rond de 180 dagen!

 

Gedrag en interactie:
  • Roodvoet schildpadden zijn over het algemeen rustig en kunnen samen met andere schildpadden van dezelfde soort worden gehouden, maar ze kunnen soms territoriaal zijn, vooral tijdens de voortplantingstijd.  Het kop schudden is een onderdeel om te bepalen onderling waar ze mee te maken hebben.
  • Hoewel ze niet zo interactief zijn als sommige andere huisdieren, kunnen ze wel leren hun verzorger te herkennen en reageren op hun aanwezigheid, vooral tijdens het voeren.  (reptlelen hebben geen empathisch vermogen)


    Met de juiste verzorging en aandacht kan de Chelonoidis carbonarius een fascinerend en lonend huisdier zijn.